In ons nieuwsbericht van 18 november 2021 meldden we reeds dat het overlegcomité van 17 november heeft beslist dat telethuiswerk opnieuw verplicht is sinds 20 november 2021 en dit zeker tot 28 januari 2022.
Ondertussen is het koninklijk besluit waarin de verplichting tot telethuiswerk vastligt, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. We zetten graag nog eens alle regels voor u op een rijtje.
Telethuiswerk is verplicht bij alle ondernemingen, verenigingen en diensten, voor alle personen bij hen werkzaam, ongeacht de aard van hun arbeidsrelatie, tenzij dit onmogelijk is omwille van de aard van de functie of de continuïteit van de bedrijfsvoering, de activiteiten of de dienstverlening en wordt verricht in overeenstemming met de bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten en akkoorden.
Attest
De werkgevers hun werknemers die niet kunnen telethuiswerken een attest of elk ander bewijsstuk dat de noodzaak van hun aanwezigheid op de arbeidsplaats bevestigt. De FOD WASO stelt een model tot attest ter beschikking op zijn website.
Maandelijkse registratie met betrekking tot het telewerk
De werkgevers registreren maandelijks, via het elektronische registratiesysteem dat door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid ter beschikking wordt gesteld op de portaalsite van de sociale zekerheid, per vestigingseenheid het totale aantal personen dat er werkzaam is en het aantal personen dat een functie uitoefent die onmogelijk kan worden volbracht via telethuiswerk.
Meer over de verplichting tot maandelijkse registratie kan u lezen in ons nieuwsbericht “Toelichting bij de verplichte aangifte met betrekking tot telewerk“.
Terugkeermomenten
Ondernemingen mogen terugkeermomenten inplannen mits naleving van de regels en onder de volgende voorwaarden :
- een onderling akkoord tussen deze ondernemingen, verenigen en diensten en de personen die bij hen werkzaam zijn, wat betekent dat deze personen niet verplicht kunnen worden om deel te nemen aan de terugkeermomenten;
- het doel moet het bevorderen van het psychosociaal welzijn en de teamgeest van deze personen zijn;
- deze personen moeten vooraf de nodige instructies krijgen over alle maatregelen die noodzakelijk zijn om de terugkeer in alle veiligheid te laten verlopen;
- deze personen moeten geïnformeerd worden dat ze in geen geval mogen terugkeren naar de arbeidsplaats als ze zich ziek voelen of ziektesymptomen vertonen of zich in een quarantainesituatie bevinden;
- de werkgever mag hieraan, voor zijn werknemers, geen enkel gevolg verbinden;
- de verplaatsing van en naar de arbeidsplaatsen tijdens de piekuren van het openbaar vervoer of via carpooling moet zo veel mogelijk vermeden worden;
- de beslissing om terugkeermomenten te organiseren moet gebeuren met inachtneming van de regels van het sociaal overleg in de onderneming, waarbij alle voorwaarden worden afgetoetst.
Deze terugkeermomenten mogen maximum één dag per week per persoon bedragen tot en met 12 december 2021, en maximum twee dagen per week per persoon vanaf 13 december 2021.
Tot en met 12 december 2021 mag per dag maximum 20% van de personen voor wie telethuiswerk verplicht is, tegelijk in de vestigingseenheid aanwezig zijn, en vanaf 13 december 2021 mag dit maximum 40% zijn.
Voor de KMO’s waar minder dan tien personen werkzaam zijn, mogen maximum vijf personen van diegenen voor wie het telethuiswerk overeenkomstig verplicht is, tegelijk in de vestigingseenheid aanwezig zijn.
Het blijven nemen van andere passende preventiemaatregelen
Ondernemingen, verenigingen en diensten moeten uiteraard ook nog steeds alle andere passende preventiemaatregelen blijven nemen om de regels inzake social distancing te blijven garanderen voor wie naar het werk komt.
Bron :
- Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 28 oktober 2021 houdende de nodige maatregelen van bestuurlijke politie teneinde de gevolgen voor de volksgezondheid van de afgekondigde epidemische noodsituatie betreffende de coronavirus COVID-19-pandemie te voorkomen of te beperken, BS 19 november 2021
- FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg